Paulus Joseph Gabriël
Paulus Josephus Gabriël was een zoon van Joseph Gabriël en Marie Catherine Paulus. Hoewel zijn vader beeldhouwer was, legde hij zich aanvankelijk toe op het schilderen van portretten. Na een verblijf in Parijs ging hij beeldhouwen. Hij won de zilveren medaille van de Prix de Rome in Parijs en werd in de gelegenheid gesteld in Italië stage te lopen. Hij raakte hier o.a. bevriend met Jan David Zocher en de schilder Wouter Mol. Ook leerde hij de classicistisch beeldhouwer Antonio Canova kennen. Terug in Amsterdam werd hij hofschilder van koning Willem I en een jaar later werd hij benoemd als stadsbeeldhouwer in Amsterdam. Vanaf 1820 was hij professor aan de Rijksakademie van beeldende kunsten. Zijn zoon Constan (1828-1903) werd kunstschilder. Enkele werken in Amsterdam: borstbeelden van o.a. Pieter Corneliszoon Hooft, Hugo de Groot, Peter Paul Rubens en Herman Boerhaave, in opdracht van Jan Hendrik van Kinsbergen voor de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. In Amsterdam: het praalgraf van Jan Hendrik van Kinsbergen in de Nieuwe Kerk en in Leiden: het monument voor koning Willem I in de Nieuwe Kerk.