Kunstschilder/tekenaar Hendrik de Vries woonde vanaf 1929 tot zijn overlijden in de gemeente Velsen. Hij had al van jongs af aan een grote liefde voor tekenen en schilderen. Op dertienjarige leeftijd ging hij in de leer bij een schoenmaker in Overveen. Elk vrij uurtje trok hij de duinen in om te tekenen en te schilderen. Tot 1909 kreeg hij tekenlessen van schilder Frans Huismans en later Herman Kruyder. De Vries, Kruyder en nog enkele Haarlemse schilders vormden in de twintig- en dertiger jaren van de vorige eeuw de voorlopers van het expressionisme in Nederland. Van 1914 tot 1933 had hij een parttime baan bij de gemeente Bloemendaal, omdat hij zich meer wilde wijden aan het schilderen. Hij exposeerde zijn werk in zijn atelier; huis ‘Sinnevelt’ te Santpoort. De Vries was o.a. lid van Kunst Zij Ons Doel te Haarlem, evenals Anthon van Rappard en Job Graadt van Roggen: vroegere schilders die ook hun ateliers op Sinnevelt hadden. In 1925 bedankte hij als lid, omdat hij geen aansluiting meer vond voor zijn kunstopvatting. In 1950 werd hij uitgenodigd om les te geven aan patiënten van het Provinciaal Ziekenhuis te Bloemendaal en later ook in Bakkum en Medemblik. Op zijn 75e stopte hij met dit werk. Er volgden tentoonstellingen in o.a. het gemeentehuis van Bloemendaal en bij Felison te Velsen. In 1966 kreeg hij een eretentoonstelling in Museum van Looy te Haarlem. Werk van hem is in bezit van o.a. het Rijk, de provincie Noord-Holland en de gemeenten Bloemendaal en Velsen.