George Lourens Kiers

Dat George Lourens Kiers uit een echt schildersnest komt, valt niet te betwisten. Zijn vader was Petrus Kiers (1806-1875) en zijn moeder Elisabeth Alida Kiers-Haanen (1909-1845) waren kunstschilders, net als zijn zus Catharina Isabelle Kiers (1839-1930). Zijn grootvader van moederskant, Casparis Haanen (1778-1845) was behalve kunstschilder ook restaurateur en kunsthandelaar, en leerde de fijne kneepjes van het schildersvak aan zijn vier kinderen. Thuis bij de familie Kiers rook het naar verf en je kunt je voorstellen dat er geen dag voorbij ging of er werd over schildertechniek en collega-kunstschilders gesproken. Volgens de Provinciale en Drentsche Courant exposeren vader en zoon in 1862 samen in Groningen. In dezelfde krant staat een advertentie waarin George Lourens een verloting van een tweetal schilderijen van hem aankondigt, 'in afwachting van nadere approbatie', tegen een gulden per lot. Ook schilderijen van zijn vader (waaronder 'moeder en kind bij kaarslicht') worden via een speciale commissie, die schilderijen aankoopt, verloot. George Lourens Kiers, die vooral bekend is geworden als schilder van zee- en riviergezichten met schepen, is in Amsterdam geboren en krijgt les van de zeeschilder Louis Meijer (1809-1866). Na verhuizingen naar Den Haag en terug naar Amsterdam trekt hij in 1858 met zijn ouders naar Assen, waar hij tien jaar woont om daarna weer naar Amsterdam te gaan, waar hij lid wordt van de vereniging Arti et Amicitiae. Hij wordt zowel besproken in 'Schilders van Amsterdam' (2000) als in 'Schilders van Drenthe' (2003). Het Drents Museum heeft enkele schilderijen van hem, het Stadsarchief van Amsterdam bezit een achttal van zijn werken en ook het Frans Hals Museum in Haarlem en het Rijksprentenkabinet in Amsterdam bezitten werk van hem.